buurtbewoner Ida Pols betrokken bij…

“Het hospice is van buiten niet herkenbaar, het ligt in een woonwijk aan een doodlopend straatje,“ Ida Pols schiet in de lach, “sorry, niet zo bedoeld.” Zij werkt twee dagdelen per week als vrijwilliger in het hospice, “het heeft mijn kijk op doodgaan veranderd.”

Er zijn vier kamers in het hospice, mensen met een levensverwachting van maximaal drie maanden kunnen er terecht. Dag en nacht is er een verpleegkundige in huis, de vrijwilligers nemen de dagelijkse verzorging van de bewoners voor hun rekening. Ida heeft daaraan moeten wennen. “Veel mensen kunnen nog zelf naar de w.c., maar sommigen moet je helpen. Met alles. Dat was nieuw voor mij, maar nu doet het me niks meer als ik een katheterzak moet legen.”

“Mijn belangrijkste taak is om het voor de bewoners zo fijn en comfortabel mogelijk te maken. Ik zorg voor koffie en thee, een luisterend oor voor de een, een voetmassage voor de ander. Het is net wat onze bewoners zelf aangeven. Dat maakt het ook zo boeiend, ik krijg met zoveel verschillende persoonlijkheden te maken. Ik heb nu twee weken niet gewerkt, vanmiddag ga ik weer, er zijn drie nieuwe mensen en dat is spannend, de sfeer in huis wordt toch bepaald door de bewoners.” Ida vertelt het verhaal van vier vrouwen die elkaar in het hospice tegenkwamen. “Daar ontstond een hechte band en zij hebben veel aan elkaar gehad die laatste periode.”

Vrijwilligerswerk in een hospice is niet het eerste waar jong-gepensioneerden aan denken, maar voor Ida was het duidelijk. “Als kind al vroeg ik me af hoe dat zat met doodgaan. Niet dat ik er dag en nacht mee bezig was, hoor, maar het is me altijd blijven intrigeren: wat is goed doodgaan en hoe doe je dat? Daarom besloot ik om na mijn pensionering in een hospice te gaan werken. Ik weet nog steeds niet precies wat goed doodgaan is, maar het is prachtig om mensen in die laatste periode te begeleiden en om, als het even kan, het leven mooi af te sluiten. En wat ik nu wèl weet: doodgaan is niet griezelig, ik ben er niet meer bang voor. Het hoort erbij.”

overzicht
volgend artikel